Volgens Herman Wijffels nemen ongelijkheid en milieuvervuiling toe door het “ontspoorde kapitalisme”, en moeten we daarom honderden miljarden steken in “de energietransitie”. Maar als we echt een betere wereld willen, zou het dan veel beter zijn om Wijffels en zijn vriendjes te verjagen?
CDA’er Herman Wijffels, ex-topman van de Rabobank, ex-voorzitter van de SER, ex-bewindvoerder bij de Wereldbank, ex-hoogleraar Duurzaamheid aan de Universiteit Utrecht, ex-informateur, mocht onlangs bij online videokanaal De Nieuwe Wereld samen met voormalig CDA-leider Bert de Vries aanschuiven om te jeremiëren over wat De Vries noemt “ontspoord kapitalisme”.
Wijffels’ visie in een notendop: een paar honderd jaar geleden zijn “we” een “project” gestart, genaamd het kapitalisme, dat gericht was op het vergroten van de materiële welvaart. Dat was een groot succes. Maar het project loopt nu tegen twee grenzen op: verwoesting van milieu en klimaat en toenemende ongelijkheid. Wat ging er mis? Het komt allemaal door het “aandeelhouderskapitalisme”. De “neoliberale wereldorde”. Zeg maar gewoon: hebzucht. Daardoor vloeit al het kapitaal naar de financiële sector en die maakt er een zootje van. Wijffels kan het weten.
Wat te doen? Volgens Wijffels was er in het verleden een overvloed aan grondstoffen en een tekort aan kapitaal, maar is dat nu andersom: er is een overvloed aan kapitaal, maar een tekort aan grondstoffen. Daarom moeten we volgens Wijffels nu honderden miljarden uit gaan geven aan de “energietransitie”. Dat lost het grondstoffenprobleem op en levert, mag je aannemen, banen op voor de minder bedeelden, terwijl het milieu ermee wordt gered. Win-win-win.
Klinkt prachtig. Alleen ontbreekt er een olifant in de vergaderkamer van Wijffels. De rol van de staat. Door te spreken over het “project kapitalisme” suggereert Wijffels dat het grote probleem “de vrije markt’ is. Dat is althans wat meestal onder kapitalisme wordt verstaan. In de praktijk hebben we al heel lang (misschien altijd al wel) een staatsgeleide economie, oftewel een corporatistisch systeem waarbij staat en grootkapitaal elkaar de bal toeschuiven.
Alle belangrijke economische sectoren zijn volledig verweven met de staat. Landbouw en visserij worden gestuurd door subsidies en gemangeld door milieuregels. De farmaceutische industrie leeft van patenten en lucratieve nationale gezondheidsstelsels. De energiesector is een verlengstuk van klimaatwetgeving. Staatsoorlogen voeden het militair-industrieel complex. Sociale wetgeving bepaalt onze pensioen- en verzekeringsstelsels. Monetair beleid drijft de prijzen in de woningmarkt op. De staat bepaalt ook grotendeels waar het geld voor R&D en wetenschappelijk onderzoek naar toe gaat.
Het allerbelangrijkste is natuurlijk het geldstelsel zelf. De Centrale Banken (die in een echt vrije markt niet zouden bestaan) bepalen de hoeveelheid geld in de economie en de rentestanden, en stellen de particuliere banken in staat om geld uit het niets te creëren. Het bankenstelsel voedt de geldvraatzucht van de staat en van de multinationals, die zich vrijwel onbeperkt in de schulden mogen steken. De centrale banken en staat geven gezamenlijk rugdekking aan de financiële sector die ongeremd mag speculeren en wordt gered door de belastingbetaler als het mis gaat.
Wat is hier mis mee? Het idee van Wijffels dat er een enorm overschot aan ‘kapitaal’ zou zijn is misleidend. Er is een overschot aan geld. Zou bankier Wijffels het verschil niet kennen tussen geld en kapitaal? Volgens Wijffels is er nu zoveel ‘kapitaal’ beschikbaar dat we honderden miljarden kunnen pompen in inefficiënte energiesystemen. Dat kost ons dus feitelijk niets, suggereert hij.
Maar kapitaal bestaat uit de concrete middelen die we hebben om productieve activiteiten te ondernemen. Die zijn nog altijd schaars. Alle middelen – energie, grondstoffen, arbeid, kennis, onderzoek – die worden aangewend voor de windmolens en waterstof-boondoggles van Wijffels en consorten, kunnen niet worden aangewend voor andere doeleinden, bijvoorbeeld om – ik zeg maar wat – ziekenhuizen of scholen te bouwen, of – andere dwarsstraat – de belastingen te verlagen en de levensstandaard van gewone mensen te verbeteren.
Want naast de leugen over het ‘tekort’ aan grondstoffen, dat er niet is (er is druk op natuur en biodiversiteit, maar dat is wat anders en dat los je niet op met windmolens en waterstof), is er Wijffels’ leugen over de ongelijkheid. Die neemt toe, ja, maar niet omdat ‘de vrije markt’ is ontspoord – maar omdat bankiers (zoals Herman Wijffels), speculanten, en politieke machthebbers zichzelf en hun aanhang (de gesubsidieerde sector, NGOs, hoge ambtenaren, bevoorrechte bedrijven) verrijken met behulp van monetaire manipulatie en gunstige wet- en regelgeving – ten koste van de rest van de bevolking.
De oplossing is niet om honderden miljarden beschikbaar te stellen voor ‘de energietransitie’ of andere speeltjes van de machtselite, maar om Herman Wijffels en zijn vrienden te verjagen, en het parasitaire stelsel te ontmantelen dat door hen is opgebouwd. Gewone burgers aller landen, verenigt u!
Dit artikel is eerder gepubliceerd in De Andere Krant. https://deanderekrant.nl/nieuws/valse-profeet–herman-wijffels-2022-05-25 Steun De Andere Krant door een abonnement te nemen!