Libertarisch Schetsboek (7) – Christendom en individualisme

Libertarisch Schetsboek (7) – Christendom en individualisme
24/06/2020 Karel Beckman

Heeft het Christendom het individu uitgevonden? Het zou zomaar kunnen.

Als je mij tien jaar geleden had gezegd dat ik ooit een lovend artikel zou schrijven over het Christendom, en in het bijzonder de Katholieke Kerk, had ik je vierkant uitgelachen. Ik heb nooit iets op gehad met geloof. Nu nog steeds niet.

Met de Katholieke Kerk had ik al helemaal niets, ondanks – of dankzij – dat ik ben opgegroeid als Katholiek. Hoewel ik in mijn jonge jaren naar de kerk ging, was mijn moeder niet gelovig. Hoe ouder ze werd, hoe meer nare herinneringen bij haar naar boven kwamen over de schurkenstreken van de Katholieke figuren waar ze mee te maken heeft gehad in haar leven. Kinderen weghalen bij ongehuwde moeders bijvoorbeeld. Over seksueel misbruik heb ik het dan nog niet eens.

Voeg hier aan toe de Inquisitie, “Galileo”, de duivel en de hel – en het beeld van de Katholieke kerk als mystiek, haatdragend, hypocriet gezelschap is compleet.

Toch heb ik de laatste jaren iets van een bekering ondergaan. Ik ben meer waardering gaan krijgen voor de bijdragen die de Katholieke Kerk en het Christelijke geloof hebben geleverd aan wat ik beschouw als de wezenskenmerken van de westerse beschaving, en dat zijn voor mij vooral rationeel denken en individuele rechten.

Voor veel mensen, zeker in atheïstisch-libertarische kringen, is het standaard verhaal van de westerse beschaving – waar ik zelf ook lang in heb geloofd – dat het allemaal begon met Plato, Aristoteles en de Griekse wijsgeren, die de Logica en de Democratie uitvonden. De Romeinen voegden daar de notie van het Recht aan toe. Na de instorting van het Romeinse Rijk volgden eeuwen van geestelijke duisternis, totdat in de Renaissance de Klassieken werden ontdekt, en daarmee Rede, Wetenschap en Individuele Rechten weer een kans kregen.

Inmiddels ben ik ervan overtuigd geraakt dat de werkelijkheid toch wat anders in elkaar steekt. Twee indrukwekkende boeken die mij anders naar het Christendom hebben leren kijken zijn Law and Revolution, The Formation of the Western Legal Tradition (1983), van Yale-professor Harold J. Berman, en Inventing the Individual, the Origins of Western Liberalism (2014), van Oxford-professor Larry Siedentop.

Berman laat zien hoe het westerse rechtssysteem, inclusief het idee dat individuen rechten hebben die door machthebbers dienen te worden gerespecteerd, is ontwikkeld door Katholieke geleerden vanaf de 11e eeuw. Volgens Berman staat deze verworvenheid in de moderne tijd zwaar onder druk (zie ook Libertarisch Schetsboek 3 – De wetkakkende macht):

the Western legal tradition has always been dependent on belief in the existence of a body of law beyond the law of the highest political authority, once called divine law, then natural law, and recently human rights ” schrijft Berman.

Maar:

Modern times have witnessed a substantial break with the individualism of the traditional law, a break with its emphasis on private property and freedom of contract and many of its other basic postulates. Conversely, they have witnessed a turn toward collectivism in the law, toward emphasis on state and social property, regulation of contractual freedom in the interest of society, expansion of liability for harm by entrepreneurial activity, a utilitarian rather than moral attitude toward crime These radical changes constitute a severe challenge to traditional Western legal institutions, procedures, values, concepts, rules and ways of thought. They threaten the objectivity of law, since they make the state an invisible party to most legal proceedings between individuals or corporate entities the same state that enacted the applicable law and appointed the court. the present crisis is a crisis of the whole tradition [of individualism, liberalism, secularism] as it has existed since the late 11th century.

Siedentop betoogt in zijn boek dat het idee van “het individu” als een soeverein, autonoom wezen, zoals wij dat in het westen kennen, zijn basis vindt in het Christendom. In de tijd van de Grieken en Romeinen, schrijft hij, bepaalde je afkomst je status. De maatschappij was onderverdeeld in scherp afgebakende klassen. Die waren onveranderlijk. Het Christendom legde voor het eerst de nadruk op het individuele geweten. Iedereen die dat wilde kon een kind zijn van God.

De boeken van Berman en Siedentop zijn fascinerend, maar wel behoorlijk academisch en daarom alleen geschikt voor de liefhebber. Een ander boek dat ook een rehabilitatie oplevert van het Christendom – in dit geval meer specifiek de Katholieke Kerk – maar wel heel vlot en toegankelijk geschreven, is How the Catholic Church Built Western Civilization (2005) van de bekende Amerikaanse libertarische historicus Thomas E. Woods Jr.

Dit boek zit vol eye-openers, voor mij althans. Woods beschrijft één voor één de vele manieren waarop de Kerk de westerse (Europese) beschaving heeft vormgegeven op het gebied van wetenschap, filosofie, ethiek, kunst, cultuur, onderwijs, recht en nog veel meer. (De negatieve aspecten van de kerk laat hij onbesproken.) Ik heb er een top-10 van gemaakt: Tien Unieke Prestaties van het Katholicisme. (Heb ik dit echt opgeschreven? Ja dus.) Dit zijn ze.

  1. Wetenschap en rede

Ik begin met de wetenschap en logica omdat hierover de meeste vooroordelen bestaan ten aanzien van de Katholieke Kerk.

Gezien Galileo zou je denken dat de kerkvaders niets moest hebben van wetenschap maar het tegendeel is volgens Woods het geval. Hij toont overtuigend aan dat Katholieke priesters en monniken enthousiaste wetenschappers waren. Niet alleen doceerden ze de logica van Aristoteles, het waren ook praktiserende onderzoekers. Hun grootse passie was astronomie!

De meeste bekende astronomen waren priesters. Kerken en kathedralen werden gebruikt als sterrenwachten. “The Catholic Church gave more financial aid and social support to the study of astronomy for over six centuries … than any other and probably all other institutions,” schrijft Woods.

Galileo was populair in Rome en stond in nauw contact met zijn wetenschappelijke collega’s in de kerk. Volgens Woods mocht Galileo zijn ideeën ook wel verkondigen als theorie, maar niet als absolute waarheid.

Naast astronomie leverden met name de Jezuïeten talloze belangrijke bijdragen aan vakgebieden als magnetisme, optica (de theorie van lichtgolven), elektriciteit, geneeskunde (circulatie van het bloed), wiskunde en experimentele fysica.

De Jezuïeten voerden ook experimenten uit om de theorieën van Kepler over de elliptische banen van de planeten te testen. Woods wijst erop dat de Renaissance in vele opzichten juist een tijdperk van irrationaliteit was, waarin pseudowetenschappen als alchemie en astrologie welig tierden en heksenverbrandingen hun hoogtepunt bereikten.

  1. Technologie

De Jezuïeten waren niet alleen wetenschappers van formaat, ze waren ook bepalend in de ontwikkeling van talloze wetenschappelijke instrumenten, zoals de pendule, de barometer, de spiegeltelescoop en de microscoop.

Die focus op praktische technieken kwam niet uit de lucht vallen. Middeleeuwse monniken ontwikkelden allerlei cruciale landbouwtechnieken. Ze bouwden dammen en zetten overal in Europa moerassen om in vruchtbare landbouwgebieden.

Monniken waren een soort technische adviseurs, schrijft Woods. “The Middle Ages introduced machinery into Europe on a scale no civilization had previously known.” Een paar van de industrieën die zij ontwikkelden: glas blazen, de winning van zout, lood, ijzer, marmer, aluin en gips.

  1. Onderwijs

De Katholieke Kerk is verantwoordelijk voor de oprichting van universiteiten. De kerk verstrekte statuten (“charters”) aan de universiteiten, die onafhankelijkheid garandeerden, en beschermde geleerden tegen inmenging van wereldlijke autoriteiten.

  1. Kunst en cultuur

Vrijwel alle klassieke teksten die in de 8e eeuw nog bestonden zijn intact gebleven dankzij het werk van monniken. Dit ondanks brute invasies van Vikingen, Moslims en Magyaren in de 9e en 10e eeuw.

De bijdrage van de kerk aan de beeldende kunst en architectuur behoeft geen betoog. De Kathedralen zijn het bewijs dat de Middeleeuwen niet zo duister waren als vaak wordt aangenomen, merkt Woods op.

De Renaissance is volgens hem geen breuk met de Middeleeuwse kunst en cultuur, maar eerder het hoogtepunt ervan. “Herontdekking van de klassieken”? Dat was al lang gebeurd door Katholieke geestelijken.

Het “hof” van paus Leo X in 1515 was “een centrum van kunst en intellect dat nog nooit was geëvenaard in de geschiedenis”.

  1. Ethiek

Woods beschrijft de Benedictijnen – de volgelingen van Sint Benedictus – als “de vaders van de Europese beschaving”.

Zij gaven het voorbeeld in liefdadigheid, gematigdheid, structuur en orde. Ze verwelkomden lijfeigenen in hun kloosters. “We are all one in Christ God is no respecter of persons,” was hun motto.

De Benedictijnen waren de uitvinders van liefdadigheidsinstellingen en ziekenhuizen.

  1. Individuele rechten

De Kerk legde de nadruk op de uniciteit en waarde van ieder mens, omdat ieder mens een onsterfelijke ziel had volgens de Chirstelijke leer. Dit was in de Klassieke Oudheid niet zo, schrijft Woods. Zwakken, zieken, slaven, barbaren en ander volk telden niet mee.

Ook vermeldenswaard: de Katholieke Kerk had zware kritiek op het werk van Machiavelli, dat een rechtvaardiging inhield voor dictatuur en machtswillekeur.

  1. Internationaal recht

Dominicaanse geestelijken en missionarissen voerden in de 15e en 16e eeuw strijd tegen slavernij en onderdrukking in de Spaanse koloniën. Zij verwierpen het idee van Aristoteles dat sommige mensen van nature slaven zijn.

De eerste was Francisco de Vitoria (circa 1485-1546), een priester die volgens Woods bekend staat als “de vader van het internationaal recht”:

He argued that the right to appropriate the things of nature for one’s own use (i.e. the institution of private property) belonged to all men regardless of their paganism or whatever barbarian vices they might possess. The Indians of the New World … were therefore equal to the Spaniards in matters of natural rights…. [Vitoria said] the natives possessed reason, ‘the special quality’ in man. He also referred to Thomas Aquinas who had said that belief must be voluntary, it cannot be forced or coerced.”

De Dominicaanse missionarissen Antonio de Montesinos en Bartolomé de Las Casas wisten de Koning in Madrid over te halen om de rechten van “Native Americans” bij wet vast te leggen.

  1. Vrede

In de 10e eeuw kondigde de paus de “Vrede van God” (Pax Dei) aan. Dit hield een verbod in op agressie tegenover geestelijken, pelgrims, kooplieden, Joden, vrouwen en boeren.

In de 11e eeuw ontstond onder invloed van de kerk de “vredesbeweging”, waarbij groepen mensen collectief een eed zworen om de vrede te handhaven. Deze eden speelden een belangrijke rol bij de oprichting van de eerste Europese steden, schrijft Woods.

De kerk vaardigde ook richtlijnen uit voor het voeren van oorlogen, zoals fatsoenlijke behandeling van krijgsgevangenen en bescherming van de burgerbevolking. Volgens Spaanse scholastici mocht oorlog niet leiden tot de vernietiging van de verliezende partij.

  1. Economie

De 14-eeuwse Franse bischop Nicholas Oresme is een van de grondleggers van de economie. Hij schreef dat het depreciëren van de munt leidde tot hogere prijzen en de handel verstoorde. Dergelijke inflatie verrijkt de staat ten koste van het volk, schreef Oresme, een inzicht dat bij menig modern Nobelprijswinnaar nog altijd ontbreekt.

De geweldige bijdragen van Spaanse scholastici van de School van Salamanca aan de economie zijn uitgebreid beschreven door Murray Rothbard in deel 1 van zijn tweedelige werk “An Austrian perspective on the History of Economic Thought”.

  1. Emancipatie

Om de tien vol te maken doe ik emancipatie er ook nog bij. Door het huwelijk heilig te verklaren, gaf de Kerk een beschermde positie aan vrouwen, stelt Woods. Maar ook ongetrouwde vrouwen hadden dankzij de Kerk kansen die ze daarvoor nooit hadden gehad: ze konden leiding geven aan kloosters, ziekenhuizen en scholen.

De moraal: zo zie je maar weer, een mens is nooit te oud om te leren.

2 Reacties

  1. Richard 4 jaar geleden

    God werd door de katholieke kerk tot aan de reformatie van de 15e eeuw (onder aanvoering van Maarten Luther) niet gezien als een “wezen”, laat staan een “almachtig wezen”.

    God stond -simpel gezegd- voor “Rede, het goede, het juiste en het wijze”. Het was iets wat mensen moesten proberen te vinden en na te streven.

    Als atheïst heb ik daar veel meer begrip en waardering voor.

    In de vroege middeleeuwen bestond Europa ook uit een soort lappendeken van Katholieke kerken. Ze waren fel gekant tegen macht en tegen staatsmacht in het bijzonder. De anarchistiche en bijna-anarchistische samenlevingen uit die tijd werden vooral bijeengehouden door (de moraal van) deze kerken die destijds nog niet onder het gezag van “Rome” vielen.

    Twee geraleerde en lezenswaardige artikelen van Frank van Dun:

    https://misesuk.org/2017/08/31/the-reactionary-libertarianism-of-frank-van-dun/

    https://katehon.com/article/what-exactly-did-reformation-reform

    Het laatste artikel is ook op de website van Van Dun zelf te vinden als Word document.

    • Auteur
      Karel Beckman 4 jaar geleden

      bedankt voor je reactie
      God had ik op die manier nog niet bekeken, interessant
      ik ga de artikelen van Van Dun zeker lezen

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

*