Dat de overheid de wetgevende macht is, is niet vanzelfsprekend. Bij de Romeinen en Britten kwam de wet “van onderop” tot stand. Dit wordt magnifiek beschreven door Bruno Leoni in zijn klassieker Freedom and the Law.
Vraag je aan iemand waar komen wetten vandaan, dan zal het antwoord luiden: van de regering en het parlement.
Iemand die ervoor heeft doorgeleerd, zal zeggen: van de wetgevende macht.
En dat klopt. Zo is het althans nu geregeld.
Wat zeg ik, wetgevende macht? Wetkakkende macht kun je beter zeggen.
De hoeveelheid wetten die over ons wordt uitgekakt in onze “democratische” staten is overstelpend. Ik heb geprobeerd exacte cijfers te vinden, maar dat viel niet mee. In 2019 is er nog een bericht verschenen in de pers dat het aantal wetten en regels Nederland in tien jaar Rutte (tot 2019) met duizend is toegenomen naar 9834.
Google bracht mij ook nog naar een artikel van Hub Jongen uit de Vrijspreker van 2010 (!), waarin Hub de hoeveelheid wetten en regelingen in de EU probeerde te achterhalen. Hij kwam uit op meer dan 90.000. (Noot: in het najaar van 2024 bracht Mario Draghi een rapport uit voor de Europese Commissie waarin hij schrijft dat vanaf 2019 de EU nog eens 13.000 wetten invoerde. Die komen bovenop alle nationale regelgeving natuurlijk.)
Ik heb in de Vrijspreker kort geleden al gememoreerd dat de Code of Federal Regulations in de V.S. in 2015 180.000 pagina’s besloeg. Dat is 220 keer de complete Lord of the Rings trilogie.
Let wel even op: de Code of Federal Regulations is maar een deel van de wetgeving in de V.S. Het zijn alle regels en beschikkingen die in de loop der tijd zijn afgegeven door de meer dan 50 federale instanties in de V.S. Ze zijn nooit door het congres goedgekeurd, net als ministeriële beschikkingen in Nederland niet door het parlement worden goedgekeurd. Het Amerikaanse Congres zelf voert ook nog minstens 100 nieuwe wetgevingspakketten per jaar in.
Bieden al deze wetten de burgers bescherming? Rechtszekerheid? Iedereen die in Nederland weleens met de rechterlijke macht te maken heeft gehad, weet wel beter. Het systeem kent hoge drempels, is langzaam, inefficiënt, ondoorgrondelijk. In plaats van dat we rijdende rechters hebben die ons helpen met onze echte problemen, moeten we advocaten inschakelen voor 250 euro per uur. Die kunnen dit soort bedragen kunnen vragen omdat hun specialisatie nodig is als je iets wil bereiken binnen het systeem.
Het effect van alle regels is dan ook niet zozeer dat ze ons beschermen, maar dat ze ons leven regelen. En hoe. Er zijn zoveel wetten dat we allemaal criminelen zijn geworden zonder dat we het weten. De Amerikaanse advocaat Harvey Silverglate heeft ooit berekend dat Amerikaanse burgers gemiddeld drie keer per dag federale strafwetten (“criminal laws”) overtreden. Dit naast alle kleine overtredingen van de regels. In Europa zal dat niet anders zijn.
Dat we zoveel wetten hebben, heeft er alles mee te maken dat de bevoegdheid om wetten te maken bij regering en parlement ligt. Want wat doe je als je de “wetgevende macht” bent? Wetten maken natuurlijk. Zoals een timmerman timmert. Burgers in een democratie verwachten dat ook. Voor alle problemen willen ze een wet, en liefst een waar ze zelf beter van worden.
Maar ho even, zult u zeggen – dat de bevoegdheid om wetten te maken ligt bij de wetgevende macht, is toch logisch? Wou ik soms beweren dat het ook anders kan?
Ja, daar gaat dit stukje inderdaad over.
Een van de belangrijkste redenen waarom mensen meestal niet geloven in “anarchisme” of “anarcho-kapitalisme” is omdat ze denken dat dit een samenleving zonder regels inhoudt. Anarchisme betekent dat er “geen heerser” is, dus geen staat, en daaruit volgt volgens de meeste mensen: geen wetten en regels.
Leoni omschrijft democratie treffend als “a legal war of all against all”
Maar die laatste gevolgtrekking is onjuist. Regels zijn inderdaad nodig om samen te kunnen leven, dat vind ik ook, maar ze hoeven niet door een staat of heerser te worden uitgevaardigd. Ze kunnen ook “van onderop” tot stand komen. Net zoals de economie niet centraal hoeft te worden geleid, hoeft ook de wet dat niet.
Sterker, er bestaat zowel in de Angelsaksische als in de Romeinse geschiedenis een lange traditie van wetten die “van onderop” tot stand kwamen. Dit wordt prachtig beschreven door de Italiaanse rechtsgeleerde Bruno Leoni in zijn klassieke werk Freedom and the Law uit 1962.
Zowel in Rome als in Engeland waren het lange tijd de rechters en rechtsgeleerden (“jurisconsults”) die wetten maakten, schrijft Leoni, niet de politici. In Engeland (en later in de Verenigde Staten) staat deze judge-made law bekend als de common law. Leoni:
“Both the Romans and the English shared the idea that the law is something to be discovered more than to be enacted and that nobody is so powerful in his society as to be in a position to identify his own will with the law of the land. The task of ‘discovering’ the law was entrusted … to the jurisconsults and the judges, respectively …”
Frappant is dat de Romeinen en de Britten alom worden bewonderd om hun juridische tradities, schrijft Leoni, terwijl vrijwel niemand zich meer realiseert wat die tradities inhielden:
“Everybody today pays lip service to the Romans no less than to the English for their legal wisdom. Very few realize, however, what this wisdom consisted in, that is, how independent of legislation those systems were in so far as the ordinary life of the people was concerned, and consequently how great the sphere of individual freedom was both in Rome and in England during the very centuries when their respective legal systems were most flourishing and successful….”
Volgens Leoni leidde het Romeinse en Britse recht dus tot een relatief grote particuliere levenssfeer waarin burgers vrij waren om te leven zoals ze wilden. Zij konden niet worden “verrast” door willekeurige wetgeving die van bovenaf, door de machthebbers, werd opgelegd:
“The Romans accepted and applied a concept of the certainty of the law that could be described as meaning that the law was never to be subjected to sudden and unpredictable changes. Moreover, the law was never to be submitted, as a rule, to the arbitrary will or the arbitrary power of any legislative assembly or of any one person, including senators or other prominent magistrates of the state.”
Dit was de basis van de vrijheid van Romeinse burgers, inclusief hun economische vrijheid. Het behoeft geen betoog dat die vrijheid niet gold voor slaven en de lagere klassen – zover waren ze nog niet in de Romeinse tijd.
De Britse common law werkte op dezelfde manier, veelal op basis van precedenten (besluiten van andere rechters in soortgelijke gevallen):
“The British courts of judicature could not easily enact arbitrary rules of their own in England, as they were never in a position to do so directly, that is to say, in the usual, sudden and widely ranging and imperious manner of legislators. Moreover, there were so many courts of justice in England and they were so jealous of one another that even the famous principle of the binding precedent was not openly recognized by them as valid until comparatively recent times.”
Een van de grote voordelen van de common law traditie, merkt Leoni op, is dat de rechters pas besluiten nemen als daar door individuele burgers om wordt gevraagd. Die besluiten hebben dan in principe ook niet meteen gevolgen voor de rest van de bevolking:
“[When judges make law, they] intervene only when they are asked to do so by the people concerned. Moreover, their decisions apply only to the parties to the dispute. Thirdly, these decisions are rarely reached without reference to the decisions of other judges and lawyers in similar cases. All this means that the authors of these decisions have no real power over other citizens beyond what those citizens themselves are prepared to give them…”
Vergelijk dit met het hedendaagse democratische systeem, waarin wetten van bovenaf worden opgelegd door de staat en voor iedereen gelden. In zo’n staat is geen ruimte voor individuele keuzes, zoals de coronacrisis eens te meer heeft aangetoond. Het leidt er ook toe dat mensen via de staat meerderheden proberen te vormen om hun wil op te leggen aan anderen. Leoni omschrijft de moderne democratie dan ook treffend als een “legal war of all against all”.
Hij merkt op:
“[Nowadays] legislation has … come to resemble more and more a sort of diktat that the winning majorities in the legislative assemblies impose upon the minorities, often with the result of overturning long-established individual expectations and creating completely unprecedented ones. The succumbing minorities, in their turn, adjust themselves to their defeat only because they hope to become sooner or later a winning majority …”
Leoni staat sceptisch ten opzichte van het idee (zoals bijvoorbeeld aangehangen door Hayek) dat een geschreven grondwet in staat is om de staat in toom te houden. Hij noemt dit een “illusoire zekerheid”, aangezien de grondwet altijd weer kan worden gewijzigd (of genegeerd) door de machthebbers. Beter is het volgens hem om de wetgevende macht weg te halen bij de staat, of op zijn minst te beperken tot strikt “publieke” zaken.
Moraal: recht en wet zijn mogelijk zonder de staat. Wanneer de wet daarentegen een verlengstuk is van de staat, zoals in onze maatschappij, is het gedaan met de vrijheid.
2 Reacties
-
Goed stuk!
Zelfs in de VS met de sterkste grondwet ter wereld en de enige grondwet die er op gericht is de burger tegen de overheid te beschermen i.p.v. andersom, zie je dat die grondwet inmiddels tandeloos is gemaakt door de overige wetgeving en de samenleving totaal gejuridiseerd is.
Laten we over Nederland maar helemaal zwijgen, aangezien artikel 120 waarborgt dat ze van nul en generlei waarde is en er geen bescherming van de grondwet is door een constitutioneel hof.
Heb me al op jonge leeftijd afgevraagd hoe het komt dat er in NL in het voortgezet onderwijs geen enkele aandacht is voor de wet en wetgeving in het algemeen, terwijl gelijkertijd elke Nederlander geacht wordt de wet te kennen.
Hoe kan je dat van mensen verwachten en het vervolgens op geen enkele manier faciliteren?
Wellicht een leuk idee voor een volgend stuk over onderwijs (leerplicht) en de staat…..??
Pingbacks
-
[…] Berman laat zien hoe het westerse rechtssysteem, inclusief het idee dat individuen rechten hebben die door machthebbers dienen te worden gerespecteerd, is ontwikkeld door Katholieke geleerden vanaf de 11e eeuw. Volgens Berman staat deze verworvenheid in de moderne tijd zwaar onder druk (zie ook Libertarisch Schetsboek 3 – De wetkakkende macht): […]
[…] Berman laat zien hoe het westerse rechtssysteem, inclusief het idee dat individuen rechten hebben die door machthebbers dienen te worden gerespecteerd, is ontwikkeld door Katholieke geleerden vanaf de 11e eeuw. Volgens Berman staat deze verworvenheid in de moderne tijd zwaar onder druk (zie ook Libertarisch Schetsboek 3 – De wetkakkende macht): […]